Welkom

De heer Bindels (voorzitter wijkraad) heet alle aanwezigen welkom in het restaurant van camping Liesbos. Hij licht de waarde toe van het economische belang van de camping voor het buitengebied en de stad. In het hoogseizoen zijn er 15.000 overnachtingen. Vervolgens refereert hij aan het bezoek van de commissie VSM in november 2004 waar is gesproken over erkenning en communicatie. De erkenning is er inmiddels, echter communicatie blijft een aandachtspunt. De wijkraad volgt daarom met belangstelling het communicatieonderzoek door de rekenkamer en wijst erop dat de uitkomst hiervan ook voor de gemeenteraad een uitdaging kan betekenen.

Recent heeft de wijkraad een enquête gehouden onder de bewoners van het buitengebied en de uitslag hiervan heeft geresulteerd in een rapport wijkwaardering 2006 en wordt gepresenteerd door de heer Bom. Enkele bevindingen worden nader toegelicht:

- 1 op 10 bewoners ontvangt geen stadsblad of bode
- betere straatverlichting en rotondes voor fietsende bewoners
- 60 km zone voor vermindering van verkeerssnelheid en meer inzet politie
- meer dan 50% wil het landelijke karakter houden
- behoefte aan koopwoningen voor starters
- geen bedrijfslocaties beschikbaar
- luchtvervuiling, overlast en crossers
- uitbreiding van lijndiensten
- betere gladheidbestrijding
- huis aan huis bezorging van levensmiddelen en thuiszorg

De heer Scheltens (delegatieleider gemeenteraad) bedankt de heer Bom voor de heldere presentatie. Het rapport is leidraad voor de 4 thema's die worden besproken in de gespreksgroepen. Voor het gesprek is 45 minuten beschikbaar. Na de afronding zal de tafelvoorzitter plenair terugkoppelen wat er aan de orde is geweest en eventuele toezeggingen melden. Dit is tevens het moment dat overige wijkbewoners zich kunnen aansluiten bij de bijeenkomst.

Korte weergave besproken thema’s.

Thema 1: Functieverruiming en de invloed op het bestemmingsplan buitengebied

Deelnemers vanuit raad: De heren Leenders (PvdA en tafelvoorzitter), Vos (D66), Hendrikx (CDA, mevrouw Schokker (GL).
Deelnemers vanuit buitengebied: de heren Van Wijmen, Van Beek, Tolhuijsen, Van Kuik en Van de Hart.

Bespreekpunten:
1 Wat zijn de gevolgen van de door de gemeenteraad vastgestelde functieverruiming voor het nieuw vast te stellen bestemmingsplan buitengebied Breda Zuid-West:
Eerst staat ter discussie wat functieverruiming is. Daarbij zijn een aantal voorbeelden aangedragen. Bijvoorbeeld een kampeerboerderij. Het bestemmingsplan geeft niet helemaal helder aan wat de mogelijkheden zijn. De bewoners signaleren op voorhand risico's. Bijvoorbeeld de kans van illegale bouw met legalisatie achteraf. Ook risico van gelijdelijke verstedelijking wordt genoemd. Functieverruiming kan bijdragen aan vergroting van vitaliteit van het buitengebied maar
daarbij geldt wel als belangrijke voorwaarde strikte handhaving. De bewoners voelen meer voor de
ruimte voor ruimte regeling. Bewoners stellen voor het onderscheid platteland - stad in stand te houden en alleen in het
overloopgebied daartussen functieverruiming toe te staan. Laat het platteland het platteland.

2 Leidt het tot verrommeling of ondersteunt het juist het behoud van het groene en landschappelijke
karakter:
Bewoners zijn niet tegen functieverruiming maar er is angst voor verrommeling van het buitengebied. Het maïsdoolhof in Prinsenbeek bijvoorbeeld wordt als een positief voorbeeld van functieverruiming gezien. En zo zijn er nog meer mooie alternatieven te noemen. Er kan dus ook goed invulling aan gegeven worden.

Thema 2: Woonvisie 2006 in relatie tot woonbehoefte buitengebied (woningen voor starters en 50 plussers tegen betaalbare prijzen)

Deelnemers vanuit de raad: Mevrouw Vossenaar (Breda'97 en tafelvoorzitter), de heren Blankenstein (CDA), Leunisse (LB), Gouka (SP). Deelnemers vanuit Buitengebied: De heren Bom, Karper, Oomen en een vertegenwoordiger van Liesbundel.

Bespreekpunten:
3 Wat betekent de woonvisie Breda 2007-2010 voor de bewoners van het buitengebied Breda Zuid-
West op het gebied van:
• Betaalbare woningen (wat wordt bedoeld met bereikbaar wonen voor iedereen?)
• Geschikte woningen met het oog op de ontgroening en vergrijzing.
Dit onderwerp is door de enquête goed belicht. Daaruit blijkt dat de bewoners van het buitengebied een grote behoefte hebben aan woningen voor zowel jong als oud. De vraag is echter waar dit kan worden gerealiseerd. Het is nu een open gebied en dat willen de bewoners zo houden. Voorstel is te zoeken naar locaties in aansluiting op bestaande bouw. Deze gespreksgroep staat ook positiever tegenover functieverruiming als dit bijvoorbeeld de mogelijkheid biedt van woningsplitsing. Ook het klooster Liesbos wordt genoemd als een mogelijke optie op termijn voor ouderenhuisvesting. Omdat dit particulier eigendom is vragen bewoners of de gemeente wellicht de mogelijkheden hiervan kan onderzoeken. Het college wordt gevraagd hier initiatief te nemen.

4 Wie bepaalt waar wat gebouwd wordt in relatie tot de beschikbaar zijnde bouw- en grondcapaciteit?;
Momenteel vindt de inspraak plaats over de conceptwoonvisie. Over de hoofdlijnen daarvan is iedereen het wel eens. Na de zomer vindt echter invulling plaats van de gebiedsvisies. De inbreng van de wijkraden hierbij is van groot belang. Hoe, wat en waar zijn de vragen die dan ten aanzien van de woonbehoefte aan de orde komen. De aanwezige raadsleden hebben de bewoners toegezegd er op toe te zien dat de communicatie hierover tussen gemeente en wijkraden goed wordt geregeld en er door de gemeente in de plannen voldoende ruimte wordt geboden voor de inbreng van de bewoners.

Thema 3: Veiligheid en meer in het bijzonder de verkeersveiligheid (o.a. 60 km zones)

Deelnemers vanuit de raad: Mevrouw Van der Bruggen (PvdA en tafelvoorzitter), de heren Vuijck (Breda'97), Vergroesen (SP),Scheltens (GL), Boer (LB) Deelnemers vanuit Buitengebied: Mevrouw Dirven, de heren Bus, Van Vooren, Van der Velden, Van Steen en een vertegenwoordiger van Liesbundel.

Bespreekpunten:
5 Stelling is dat herkenbaarheid duidelijkheid creëert en duidelijkheid is makkelijker en beter te handhaven:
• Daarom zijn 60 km zones in het gehele buitengebied gewenst met op termijn herinrichting cq. aanpassing van wegen.
• Daardoor komen de fiets suggestiestroken voor zover berijdbaar beter tot hun recht.

In deze gespreksgroep was de wijkagent aanwezig. Bewoners hebben meer behoefte aan overleg met de politie. De wijkagent geeft aan dat als bewoners behoefte hebben aan handhaving er gerichte vragen kunnen worden gesteld aan de wijkagent. De politie zal dan handhaven hoewel daarbij wel wordt gewezen dat dit ten koste kan gaan van de inzet elders.1 op de 20 automobilisten rijdt te hard en hieronder zijn veel bewoners uit het buitengebied. Eigen verantwoordelijkheid heeft prioriteit. Als gevolg van het dichtslibben van de rijksweg en het geringe aantal op-/afritten is er veel sluipverkeer door het gebied. In overweging wordt gegeven te voorzien in verkeersremmende voorzieningen in het buitengebied. Ook wordt gewezen op de slechte regeling bij de snelwegafrit Princeville. Snelheidsborden en handhaving zijn niet genoeg en het ontbreekt de politie aan de capaciteit daarvoor.

6 Hoe omgaan met de gesignaleerde verkeersonveilige situaties?:
De wegen zijn relatief veilig voor fietsers. Helaas wordt wel geconstateerd dat de fietsters vaak fungeren als 'remvlees'. In dat opzicht wordt opgemerkt dat als er voor fietsers aparte fietspaden worden aangelegd het zeer waarschijnlijk is dat automobilisten nog harder zullen gaan rijden. De bewoners vinden het buitengebied veilig om te wonen.

Thema 4: Beheer buitenruimte (o.a. verloedering)

Deelnemers vanuit de raad: de heren Lips (CDA en tafelvoorzitter), Quaars (VVD), Veldhuis (D66), Stubenitsky (LB) Deelnemers vanuit Buitengebied: de dames Van de Meer, Sprenkels, Van Haperen, de heren Huijbregts, De Bruijn, Noordemeer en een vertegenwoordiger Waterschap Brabantse Delta.

Bespreekpunt:
7 De dienst Stadsbeheer heeft minder budget beschikbaar gekregen (als in de vorige raadsperiode). Wat zijn de consequenties hiervan op onderhoud van wegen, waterlopen, bermen en straatverlichting in het buitengebied:
De bewoners zijn opmerkelijk goed betrokken bij hun directe woonomgeving. De raad constateert dat het onderhoud van de buitenruimte in alle wijkbezoeken uitvoerig aan de orde komt. In deze gespreksgroep zijn meerdere zaken aan de orde gekomen. Bewoners reageren daarop dat blijkbaar budget Buitenruimte onvoldoende is.

• De bewoners vragen of van de resterende berg HSL grond die bij Prinsenbeek ligt - waarvan inmiddels 25% gebruikt is - een recreatiepunt kan worden gemaakt en dit in te richten met rustpunten voor fietsers en wandelaars.
• Rustpunten(bankjes) worden tevens verzocht langs de parallelweg Liesboslaan voor de vele fietsers en voetgangers die daar langs komen.
• Het vele autoverkeer veroorzaakt 's avonds 'lichtvervuiling' doordat de autolampen bij huizen naar binnen schijnen. Geopperd wordt daar iets aan te doen door middel van begroeiing. Bewoners hebben tevens veel last van een enorme lichtvervuiling door een bedrijf (kassen) in de gemeente Etten-Leur. Er wordt de gemeente gevraagd contact hierover op te nemen met de gemeente Etten-Leur.
• Het maaiafval tegen de A16 ligt er al erg lang. Verzocht wordt hier sneller actie te ondernemen.
• Er zijn kabels aangelegd in het gebied. De nazorg vraagt nog steeds aandacht. De heer Lips meldt dit met het college te bespreken in de raadscommissie.
• Het opruimen van afval en het onderhoud/uitdiepen van sloten is slecht en moet beter.
• Het onderhoud van het verlichtingsniveau zou naar een hoger niveau moeten.
• Bewoners worden met betrekking tot de inpassingzone van het kastje naar de muur gestuurd. Gemeente wijst naar Rijkswaterstaat en Rijkswaterstaat wijst naar de gemeente. Bewonersvragen de raad er voor te zorgen dat hieromtrent duidelijkheid komt.
• Er zijn een aantal antikraakwoningen van de gemeente in het gebied. Ook wordt gewezen op nummer 60 Sprundelsebaan. Het onderhoud van deze woningen is slecht.
• Er is een schriftelijke toezegging van het college aan bewoners dat het pompgemaal aan het Effenspadje wordt gerealiseerd. Volgens deze toezegging zou dit al klaar moeten zijn, het is echter nog niet gebeurd. De raadsleden zijn van mening als dit schriftelijk is toegezegd het college zijn afspraken moet nakomen.

Rondvraag:

Mevrouw Van der Meer pleit ervoor dat als een glastuinbouwbedrijf geen opvolging heeft, de gemeente hiervoor de ruimte voor ruimte regeling onder de loep neemt. Dit onderwerp wordt ook vermeld in het rapport wijkwaardering 2006. Vervolgens vraagt ze naar de mogelijkheden te kijken het gemeenschapshuis Liesbos uit te breiden en aan de normen van deze tijd aan te passen.

De heer Van der Hart, bewoner van de dr. Batenburglaan, is teleurgesteld over de wijze waarop de raad hetbestemmingsplan van het college heeft gevolgd. Hij vraagt naar de mogelijkheid hier aanpassingen te doen. De stelling mentaliteit vindt hij onvoldoende. Fysieke aanpassingen (bv. bloembakken) zouden kunnen voorkomen dat er dieren worden doodgereden en fietsers klem gereden. De heer Lips merkt op dat de snelheid van het verkeer een maatschappelijk probleem is. In de gehele stad worden maatregelen gevraagd maar niet voor alles is geld en woonwijken hebben voor hem hogere prioriteit. De wijkagent geeft aan dat handhaving alleen niet voldoende is en wijst op de mogelijkheid van de bewoners zich sterk te maken om de gemeente maatregelen te vragen. De heer Van der Hart zegt desnoods de bloembakken zelf te betalen.

De heer Verwijmeren wil de gemeenteraad wijzen op de behandeling van het bestemmingsplan in de raadscommissie van 24 april a.s. en het plan kritisch te bekijken en bespreken. Het buitengebied onderscheidt zich van de stad en hij wil voorkomen dat er aan de westkant van de HSL gebouwd wordt. Hij vraagt de raad om de harde grenzen te bewaken.

De heer Bom vraagt de raad aandacht voor het systeem van de schouw. De terugrapportage van de opgegeven punten duurt een jaar en wordt daardoor steeds naar de toekomst geschoven.

De heer Van Voren vraagt de gemeenteraad het vernielen van straatmeubilair in Effen aan te pakken. De vernielingen vinden meestal in het weekend en ‘s nachts plaats. Ook wordt er gedeald in het buitengebied en hij verzoekt de politie hier systematisch te controleren hoewel hij ook beseft dat de capaciteit onvoldoende is om overal te zijn. De heer Van Voren wordt geadviseerd contact op te nemen met het meldpunt over het herstel van het straatmeubilair.

Aan de Sprundelsebaan komt een nieuwbouwproject achter de monumentale boerderij. De heer De Bruin is naaste bewoner van dit pand en geeft aan dat er geen informatieavond is geweest en de wijkraad niet is geïnformeerd over dit project. Tevens vraagt hij zich af of de raad wel goed is voorgelicht door het college. Zelf heeft hij bezwaar gemaakt tegen de plannen maar nog geen antwoord. Zijn verzoek aan de gemeenteraad is alles in het juiste perspectief te zien en helder te communiceren. De heer Vergroesen zegt toe dit uit te zoeken. De heer Lips zegt dat communicatie al geagendeerd wordt in de vergadering van de raadscommissie Bestuur van 25 april a.s.

De heer Hendrickx heeft de verheugende mededeling dat de overeenkomst voor de inpassingzone akkoord is bevonden en getekend. De gronden zullen worden overgedragen en de inpassing zal binnen 5 jaar worden gerealiseerd.

Afsluiting:

De heer Bindels wijst op de problemen met het beheer van het buitengebied. Er is reeds op de hoorzitting om meer geld gevraagd. Hij vraagt de gemeenteraad erop toe te zien dat het college meer geld krijgt hiervoor. Om een goede communicatie te bevorderen vraagt hij het Breda bericht breder te verspreiden. Momenteel wordt dit alleen verspreid in de omgeving waar de werkzaamheden plaatsvinden. Hij is enthousiast over het feit dat het rapport wijkwaardering 2006 aan de raad is gepresenteerd en zegt gemeenteraad in het najaar nog een keer te willen ontmoeten waarbij de raadsleden hun visie hierop kunnen geven.

De heer Scheltens sluit de avond en licht nog kort toe dat het verslag met de vragen naar het college wordt gestuurd. Vervolgens zullen het verslag en de antwoorden van het college worden behandeld in de vergadering van de commissie Bestuur op 30 mei a.s. Het zal als eerste agendapunt worden geplaatst om 19.30 uur. De wijkraad zal hierover op de hoogte worden gehouden. Hij bedankt alle aanwezigen voor de goede opkomst en camping het Liesbos voor hun gastvrijheid.

Geacht college,

Zoals u bekend heeft een delegatie uit de gemeenteraad op 11 april jongstleden een bezoek gebracht aan het buitengebied Breda Zuid-West. Tijdens dit bezoek hebben wij gesproken met vertegenwoordigers van de betrokken wijkraad en bewoners uit het gebied. Van dit wijkbezoek is zoals gebruikelijk een verslag gemaakt dat u bijgevoegd aantreft.

Tijdens het bezoek zijn verschillende onderwerpen onder de aandacht van de raad gebracht:
• het niet toereikend zijn van het budget voor onderhoud buitenruimte
• de kansen en bedreigingen voor het buitengebied als gevolg van de functieverruiming;
• de noodzaak tot het realiseren van voldoende betaalbare en geschikte woningen voor ouderen en jongeren in relatie met het open houden van het buitengebied;
• de verkeersituatie in het buitengebied (onder andere de wens tot het inrichten van het buitengebied als 60 kilometer zone).

Daarnaast zijn tijdens een rondvraag voor bewoners een aantal vragen gesteld die veelal betrekking hebben op uitvoeringszaken die aldus behoren tot de werkzaamheden van uw college. Het verslag van het wijkbezoek wordt ter bespreking geagendeerd voor de vergadering van de raadscommissie Bestuur op 30 mei aanstaande, waarbij bovengenoemde punten zullen worden besproken. Ten behoeve van deze bespreking wil de raadsdelegatie graag van het college antwoord hebben op een aantal van de tijdens het bezoek vanuit de bewoners gestelde vragen. Deze vragen zijn:

1. Kunnen voor de vele voetgangers en fietsers een paar extra rustpunten (bankjes) worden gerealiseerd langs de parallelweg Liesboslaan?

2. Voor zover dat nog niet heeft plaatsgevonden vragen wij het college binnen welke termijn het maaiafval langs de A16 wordt opgeruimd?

3. Het college wordt verzocht aan te geven welke mogelijkheden er zijn binnen het bestaande budget om tot een beter onderhoud c.q. uitdiepen van sloten in het buitengebied te komen?

4. Bewoners geven aan pas na een jaar terugrapportage te krijgen van de tijdens de schouw gesignaleerde problemen. Het college wordt gevraagd binnen een kortere termijn naar de wijkraad terug te koppelen wat er met de punten uit de schouw gebeurd en aan te geven binnen welke kortere termijn deze terugkoppeling kan plaatsvinden?

5. Kan het college aangeven of van de resterende berg HSL grond een recreatiepunt kan worden gemaakt als rustpunt voor fietsers en wandelaars?

6. De bewoners geven aan dat vanuit het college schriftelijk) toezegging is gedaan aangaande het pompgemaal aan het Effendspadje. Graag vernemen wij van het college of deze toezegging is gedaan en zo ja, wanneer het college de toezegging nakomt?

7. Vanuit de bewoners wordt melding gemaakt van overlast als gevolg van een omvangrijke ‘lichtvervuiling’ door een tuinbouwbedrijf in de gemeente Etten-Leur. Het college wordt gevraagd hierover contact op te nemen met het college van de gemeente Etten-Leur en aan de raadscommissie terug te koppelen of er mogelijkheden zijn deze overlast te verminderen?

8. Welke mogelijkheden zijn er binnen het bestaande budget voor het realiseren van verkeersremmende maatregelen in het buitengebied?

9. Gewezen is op de slechte regeling bij de snelwegafrit van de A16 ‘Princeville’. Kan het college aangeven binnen welke termijn de situatie daar wordt verbeterd en op welke wijze dat gebeurt?

10. Het college wordt gevraagd aan te geven hoeveel woningen in het buitengebied Breda Zuid-West eigendom zijn van de gemeente en hoe de staat van onderhoud van deze woningen is?

11. Omtrent de ‘inpassingszone’ in het buitengebied blijkt onduidelijkheid te bestaan. Graag vernemen wij van het college hoe de verantwoordelijkheden hieromtrent liggen tussen college en rijkswaterstaat?

12. Welke mogelijkheid is er en binnen welke termijn om gemeenschapshuis Liesbos uit te breiden en te moderniseren?

13. Het college wordt verzocht de communicatie tussen gemeente en wijkraden over de invulling van de gebiedsvisies goed te regelen en daarbij inhoudelijk ook de ruimte te bieden voor de inbreng van bewoners.

14. Is het mogelijk het ‘Breda Bericht’ in een groter gebied te verspreiden dan uitsluitend in de directe omgeving van de werkzaamheden waar het bericht betrekking op heeft?

Ten behoeve van een goede voorbereiding verzoekt ik u de antwoorden op de gestelde vragen voor 18 mei aanstaande aan de raadscommissie te doen toekomen, zodat deze met de conceptagenda voor de vergadering kunnen worden meegezonden.

Mocht het bijgevoegde verslag u daarnaast verder aanleiding geven tot aan- of opmerkingen, waarvan u vindt dat de raadscommissie kennis moet nemen voor een goede bespreking van het wijkbezoek, dan vernemen wij deze graag.


Hoogachtend,
namens de betrokken raadsdelegatie,




De heer P.H. Scheltens